Menu

Europees nieuws zonder grenzen. In uw taal.

Menu
×

Hoe de Europese milieuwetgeving in het ongewisse is geraakt

De voorgestelde Natuurherstelwet van de Europese Commissie is een belangrijk onderdeel van de EU Biodiversiteitsstrategie en is bedoeld om iets te doen aan het feit dat ongeveer 81 procent van Europa’s natuurlijke habitats in slechte staat verkeren. Op dit moment is het niet duidelijk of we naar de voorgestelde wet moeten verwijzen in de verleden of tegenwoordige tijd. Ondanks sterke tegenstand van de grootste fractie van het Europees Parlement, de Europese Volkspartij (EVP, rechts), en na veel compromissen, slaagde de wet erin om in februari 2024 de goedkeuring van het Parlement te krijgen. Het enige dat overbleef was de goedkeuring van de EU-Raad, die zeker leek totdat Hongarije op het laatste moment besloot zijn stem te wijzigen.

Zoals de Irish Times uitlegt (en betreurt), heeft “opportunistische politiek” de wet “in het ongewisse gelaten”. Hoewel de wet “verwelkomd en gepromoot werd door een uitzonderlijk brede coalitie van burgers, NGO’s en bedrijven na uitgebreid overleg”, schrijft de Times-redacteur, “werd de grondgedachte niet effectief gecommuniceerd naar veel boeren […]. De Europese Volkspartij zag dus een kans om de legitieme grieven van de boeren uit te buiten in de aanloop naar de EU-verkiezingen en voerde een felle campagne tegen de wet. De EVP verwaterde een aantal van de meest essentiële bepalingen en gaf er vaak een verkeerd beeld van.” In november 2023 concludeerde Lorène Lavocat in Reporterre dat rechts de wet had “gesaboteerd” en er een “flop” van had gemaakt.

Er is nog één kans om de wet te redden (zij het in gecompromitteerde vorm): het enige wat nodig is, is dat één land dat zich van stemming onthield of tegen de wet was, van gedachten verandert voor 17 juni, tijdens de laatste raadsvergadering van het Belgische voorzitterschap. Zoals Caroline O’Doherty rapporteert voor de Irish Independent, wordt een “laatste wanhopige” poging om de wet te redden geleid door de Ierseminister van Milieu Eamon Ryan (Green Party), met de steun van zijn collega’s uit Duitsland, Frankrijk, Spanje, Denemarken, Luxemburg, Tsjechië, Litouwen, Slovenië, Estland en Cyprus. “Herstel van ecosystemen is essentieel om de gevolgen van klimaatverandering te verzachten en ons aan te passen, en om de voedselzekerheid in Europa te waarborgen”, luidt de oproep aan de Europese wetgevers. “Als wij als EU-leiders nu niet handelen, ondermijnt dat fundamenteel het vertrouwen van het publiek in ons politiek leiderschap, zowel thuis als internationaal.”

In een recent artikel over bosbouw in Zweden stelt de Zweedse vereniging voor natuurbehoud dat het lot van de natuurherstelwet (en de toekomst van de Zweedse bossen) ook sterk zal afhangen van de samenstelling van het Europees Parlement na de Europese verkiezingen.

Een gevolg van het “populistisch” noemen van de huidige lichting anti-establishment politieke partijen, is dat mensen de begrijpelijke indruk krijgen dat al hun standpunten populair zijn. Hoewel de Natuurherstelwet vooral werd tegengewerkt door landen waar populistisch rechts een aanzienlijke steun onder de bevolking heeft(Italië, Hongarije, Zweden, Polen, Nederland), is de bevolking van deze landen in feite overweldigend voorstander van de wet.

Biojournaal meldt dat de Natuurherstelwet “wordt gesteund door 75 procent van de burgers in landen die de wet niet steunen”. De bevindingen komen uit een enquête die Savanta heeft uitgevoerd voor de RestoreNature Coalition (een coalitie van vier NGO’s, BirdLife Europe, ClientEarth, EEB en WWF EU). 70 procent van de respondenten in Finland, en 69 procent van die in Nederland en Zweden, was het ermee eens dat de wet zou moeten worden aangenomen.

De meerderheid van de respondenten was het er ook mee eens dat een achteruitgang van de Europese natuur en biodiversiteit “negatieve langetermijneffecten zou hebben op mensen, de landbouw en de economie”. In het Belgische dagblad Le Soir bekijkt Michel De Muelenaere de laatste resultaten van de Eurobarometer en merkt op dat meer dan driekwart van de Europeanen vindt dat milieukwesties invloed hebben op hun dagelijks leven en gezondheid. Dit cijfer stijgt tot acht op de tien in België, en tussen 88% en 98% in Spanje, Griekenland, Cyprus, Malta, Portugal en Italië. Uit de resultaten blijkt ook dat 84% van de Europeanen het ermee eens is dat “EU-milieuwetgeving noodzakelijk is voor de bescherming van het milieu in hun land”.

België werd in feite gedwongen om zich te onthouden van goedkeuring van de Natuurherstelwet, als gevolg van de oppositie van het traditioneel meer rechts georiënteerde en eurosceptische Vlaanderen, zoals de Belgische landbouwnieuwswebsite Landbouwleven uitlegt. Zoals hierboven vermeld, hangt het lot van de wet af van de laatste vergadering van het Belgische voorzitterschap van de Raad. In een op 29 mei gepubliceerde open brief aan de Belgische premier Alexander de Croo roepen meer dan 70 bedrijven en bedrijfsverenigingen het Belgische voorzitterschap op om de wet “dringend” goed te keuren. Er zijn namelijk sterke argumenten die aantonen dat de wet goed is voor het bedrijfsleven.

Geciteerd door Landbouwleven verklaart Ursula Woodburn, directeur van CISL Europe en de Corporate Leaders Group Europe, dat “goed ontworpen, natuurpositief beleid nieuwe economische kansen zal creëren, emissies zal terugdringen, de veerkracht bij klimaatrampen zal vergroten en de gezondheid wereldwijd zal verbeteren”. Meer concreet leggen de bedrijfsleiders in hun open brief uit dat “uit de effectbeoordeling van de Europese Commissie voor haar voorgestelde EU-wet natuurherstel blijkt dat voor elke €1 die in natuurherstel wordt geïnvesteerd, €8 tot €38 wordt gewonnen dankzij beperking van de klimaatverandering, preventie en vermindering van natuurrampen, verbeterde waterkwaliteit, schonere lucht, gezondere bodems en het stimuleren van het algehele welzijn van mensen.”

Op wetenschappelijk gebied bericht Stéphane Foucart in Le Monde over de open brief die ondertekend is door een dozijn wetenschappelijke genootschappen en netwerken die de achteruitgang van de Europese Unie op het gebied van milieukwesties veroordelen. “In het bijzonder,” merkt Foucart op, “bekritiseren de auteurs het opgeven van de verordening over duurzaam gebruik van pesticiden, het verlagen van de milieunormen in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB), het opgeven van het wetgevend kader voor duurzame voedselsystemen (FSFS), het plan om de eisen van de nitraatrichtlijn te verlagen en het niet aannemen van de natuurherstelwet”. De open brief werd op 29 mei geüpload naar Zenodo, een open opslagplaats voor wetenschappelijk onderzoek gesteund door CERN en (in het verleden) het Horizon 2020 project van de Europese Unie. Volgens de ondertekenaars van de brief “lijkt er een anti-milieugeest te heersen onder te veel besluitvormers in de EU. Dit is om verschillende redenen zorgwekkend: Ten eerste omdat veel van de rechtvaardiging voor deze beslissingen gebaseerd is op verkeerde informatie. Ten tweede omdat deze beslissingen sterk lijken te worden beïnvloed door de specifieke belangen van specifieke subgroepen en economische bedrijven binnen een smal spectrum van de samenleving.”

Go to top